Behandeling

Gezien spataders zich op verschillende manieren kunnen presenteren, is er een specifieke behandeling voor ieder type insufficiënte.

KLASSIEKE BEHANDELING

De meest klassieke behandeling van insufficiëntie van de Vena Saphena Magna en Vena Saphena Parva is de crossectomie met aanvullende stripping. Hierbij wordt een incisie in de lies gemaakt van 3 tot 5 cm. Via deze incisie wordt de connectie van de oppervlakkige naar de diepe vene (zie eerder) opgezocht. De zijtakken worden afgebonden, vervolgens wordt de connectie tussen de oppervlakkige Vena Saphena Magna of Vena Saphena Parva afgebonden en doorgenomen.
Tegenwoordig wordt deze operatie minder en minder uitgevoerd gezien de minimaal invasieve alternatieven die hieronder beschreven worden.
Bij een zeer brede Vena Saphena Magna of bij een geïsoleerde Vena Saphena Parva insufficiëntie, kan toch een crossectomie met stripping overwogen worden om een optimaal resultaat te bekomen.

Crossectomie

Stripping

Flebectomie

MINIMAAL INVASIEVE BEHANDELING

Met een minimaal invasieve behandeling bedoelen we een behandeling zonder incisie in de lies. Bij deze behandelingen is er de laatste jaren een enorme evolutie geweest, hieronder worden de meest courante technieken beschreven.

  • Radiofrequente ablatie (VNUS): door warmtegeleiding wordt de wand van de Vena Saphena Magna of Parva tot 120°C opgewarmd. Op deze manier ontstaat een thermische reactie waardoor de ader samentrekt en vervolgens verder krimpt over de periode van weken tot maanden.
  • Laserablatio (ELVES): door laserstralen wordt het water in de cellen van de Vena Saphena Magna of Parva opgewarmd. Op deze manier ontstaat een photo-thermisch effect die leidt tot een samentrekking en verdere krimping van de ader over weken tot maanden.

Deze 2 behandelingsmethodes zijn het best bestudeerd, het effect van de behandeling kan dus duidelijk verwacht worden. Vergelijkende studies tussen beide therapieën kunnen geen verschil aantonen in resultaat. 

De VNUS procedure kan als volgt voorgesteld worden:

  1. De zieke V. Saphena Magna (of Parva) wordt echografisch aangeprikt. Hierna wordt een werkkanaal geplaatst.
  2. Vervolgens wordt de VNUS katheter opgevoerd tot in de lies (de positie wordt met echografie gecontroleerd).
  3. Onder echografische controle wordt vocht rond de V. Saphena Magna (of Parva) ingespoten om op deze manier de bloedvatwand tegen de katheter te drukken. Zo worden de omliggende weefsels beschermd en werkt de katheter optimaal in op de bloedvatwand.
  4. Tot slot wordt de katheter afgevuurd en verschrompeld de V. Saphena Magna.
  5. Eventueel kunnen nu nog aanvullende flebectomiën verricht worden.

Punctieplaats

Vocht rond de ader inspuiten.

VNUS - procedure

  • Nieuwere techieken werden ontwikkeld in een poging om geen algemene- of loco-regionale (ruggenprik) verdoving te moeten toedienen. Het nadeel van deze technieken is echter dat de ervaring hiermee nog niet zeer uitgebreid is en dat ze vaak kostelijker zijn dan de eerder beschreven behandelingen.
  • Sclerotherapie (Aetoxysklerol)-foam (foam-sclerose) wordt ook aangegeven als valabele behandelingsmodaliteit voor de behandeling van de Vena Saphena Magna of Parva, maar het effect ervan is wisselend. Eveneens brengt deze techniek enkele specifieke risico's met zich mee, zeker bij een brede ader. Om deze reden wordt foam-sclerose vaak gebruikt voor fijne aders die teruggekomen zijn na een eerdere behandeling van de Vena Saphena Magna of Parva.

-> Esthetische behandeling